Bezekes Toverbezem
Op het paleis van koning Thibolt is de stemming bedrukt. Enkele maanden geleden moest de koning in bed blijven omwille van een zware verkoudheid. De rechterhand van de koning, kolonel Gamel, heeft toen een beroep gedaan op dokter Kabuis, zogezegd een wereldberoemd geneesheer, om de koning te verzorgen, maar in plaats van te verbeteren wordt de koning ieder dag zieker.
Dokus, de tuinman, kan het niet meer aanzien. Hij schrijft een brief naar Bezeke, een stokoud vrouwtje dat in een hutje in het bos woont. Bezeke is een goede vriendin geweest van de oma van Dokus en zij kent veel van geneeskrachtige kruiden.
Al vlug komt Bezeke op het paleis toe met haar vliegende bezem. Ze heeft echter slecht nieuws. Ze had een kruidenmengsel gemaakt om de koning te genezen, maar toen ze boven de ruïne van het oude kasteel vloog heeft ze het kruikje met het drankje laten vallen. Pierke besluit om samen met prins Anthony het kruikje te gaan zoeken in de ruïne. Hij mag hiervoor zelfs Bezekes vliegende bezem gebruiken. Maar in de ruïne huist Gallegif, het kasteelspook …